Kamiel D'Hooghe kreeg zijn opleiding bij Flor Peeters, Marinus De Jong, Jules Van Nuffel en Prosper Van Eechaute.
Aan het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium van Antwerpen behaalde hij het Hoger Diploma Orgel met de grootste onderscheiding.

Op 22-jarige leeftijd werd hij benoemd tot organist van de Sint-Salvatorskathedraal te Brugge, waar hij later, ter gelegenheid van de 10de verjaardag van de Orgelconcerten, de eerste Internationale Orgelweek organiseerde, die opgenomen werd in het Festival van Vlaanderen (1964). Het daaropvolgende jaar adviseerde hij de eerste Internationale Clavecimbelweek, die intussen een wereldwijde bekendheid geniet.
In 1964-67 was hij directeur van de Stedelijke Muziekacademie Adriaan Willaert te Roeselare en van 1967 tot eind 1994 directeur van het Koninklijk Conservatorium te Brussel.

Als docent orgel aan het Lemmensinstituut en het Conservatorium te Maastricht vormde hij talrijke organisten in binnen-en buitenland.

Hij gaf talrijke concerten en cursussen in alle continenten: Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Japan, Afrika, Nieuw-Zeeland en Rusland en is een regelmatig gevraagd jurylid op internationale concours.
Als solist trad hij op in verschillende festivals o.l.v. A.Brico, A. Ephrikian, J.F. Paillard, H. Winschermann, I. Markovski, J. C. Zorzi en talrijke Belgische dirigenten w.o. G. Octors, G. Maes, A. Van Der Noot, D. Sternefeld, R. Zollman, A Van Lysebeth e.a.

Plaatopnamen werden door Philips, Decca, Arcophon, CBS, Documentatiecentrum Veurne en R. Gailly gerealiseerd. Hierbij werden verschillende historische orgels op plaat gezet. (Stalhille, Denderbelle, Aspelare, Nederzwalm, Onkerzele, Impde-Wolvertem, Moere-Gistel, Haringe, O.-L.-V.- St- Pieters Gent en Vlaardingen).
Op het orgel van de abdij van Male werd het manualiteroeuvre van Buxtehude uitgebracht en op het gerestaureerd historisch orgel te Tienen realiseerde hij een CD met Bachwerken. Hij reconstrueerde op het Van Peteghemorgel te Bertem een orgelmis - met alternatimpraktijk - van François Joseph Fétis.

In de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen deed hij grote inspanningen voor het behoud van het historisch orgelerfgoed. Vanuit deze bezorgdheid werd op zijn initiatief in 1978 het tijdschrift Orgelkunst opgericht.
Hij lag mee aan de basis van het eerste artisanaal gemaakte orgel in Vlaanderen, (abdij Male,1972), het eerste Bach-orgel te Brugge, (Sint-Gilliskerk,1976), het eerste 'Sweelinck'orgel (1981) en het eerste nieuw Zuid-Nederlands orgeltype in barokke stijl (2000) te Grimbergen.

Thans is hij organist aan de abdijkerk te Grimbergen en was gedurende 27 jaar hoofdredacteur van het tijdschrift Orgelkunst (tot 31/12/2004) en samensteller, auteur en co-auteur van verschillende artikels en publicaties w.o. Het rococo-orgel in Vlaanderen (1972), West-Vlaamse Orgelklanken (1997), Hedendaagse artisanale muziekinstrumentenbouw in Vlaanderen (1999), Over orgels in de lage landen (2001).