Skip to main content

Kiss My Jazz

Kiss My Jazz (150x150)


Uit het Belgische pop- & rockarchief:
Kiss My Jazz is een groep die op lo-fi-achtige wijze een raakvlak tussen rock en jazz tot stand bracht, met een los maar uitgebreid collectief Antwerpse muzikanten.

Spilfiguur van Kiss My Jazz was zeker Rudy Trouvé (vooral bekend geworden tijdens de 3 jaar dat hij gitaar speelde bij dEUS, en oprichter van tal van groepen, zoals Dead Man Ray, Lionell Horowitz, Gore Slut ...). De groep onstond ook uit dezelfde "scene" en in de zelfde periode als dEUS, maar wel met heel een andere bedoeling : "We zijn begonnen met de bedoeling een naïeve en punkerige versie van Chet Baker te maken. Iets Nat King Cole-achtigs, of nog beter, de sfeer van The Singing Detective met daarbij invloeden zoals Captain Beefheart, James White, Rip Rig & Panic en Pavement".

Zelf antwoordde Rudy Trouvé aan Humo op de vraag "Met KMJ bevindt zich in de schemerzone tussen rock en jazz : een hachelijk terrein" met "Ja, er is al heel wat foute jazz-rock op de wereld losgelaten. Maar jazz zie ik eerder als een attitude, als een manier om met muziek om te springen. 't Is een bepaald gevoel, het gevoel dat alles kan, dat er vrijelijk geïmproviseerd mag worden. Noem het het Beat Generation gevoel : op het podium gaan staan, iets drinken, en gewoon zien wat er gebeurt."

Het ontstaan van de groep moet ergens begin '92 worden gesitueerd, met Trouvé, Heyme Langbroek, Elko Blyweert en Jacki Billet, al snel aangevuld met onder meer Aarich Jespers & Stef Kamil Carlens van Moondog Jr (later Zita Swoon). De Schot Craig Ward (later bij dEUS) en Marc Meyers (eerder bij dEUS) kwamen bij de groep in 1994. Ook Mauro Pawlowski van de Evil Superstars kwam regelmatig een akkoord meespelen. Daar waar de presentatie van de groep aanvankelijk vrij theatraal verliep (met travesties en geprojecteerde films) werd er later gekozen om het rustiger en op de muziek gefocussed te houden.

Na enkele demo's vond Kiss My Jazz onderdak bij Knitting Factory Works (waar ook de jazzchaoten van X-legged Sally zaten) en kwam begin 1996 naar voor met "Doc's place Friday Evening". Net als de volgende cd's was dit een losse verzameling songs in verschillende opnamekwaliteiten (van 4 tot 24-track en op de meest onmogelijke locaties) uit de voorbije periode (van 1992 tot 1995). Of zoals Jacky Huys het zei "dit kan nog het best omschreven worden als Evil X-Legged dEUS Jr : rock met een twistje hier en daar, anarchistische en Zappaïaanse jazz, doorgedreven eigenzinnigheid. En noem verder ook maar de bekende namen : Beefheart, Waits en James Chance. Een boeiend auditief avontuur".

Dat Kiss My Jazz nooit de weg naar een breed publiek heeft gemaakt, is wellicht een bewuste keuze van bij de aanvang. Rudy in Humo in januari '98 : "Kiss My Jazz is een combinatie van onkunde en jazz. We zijn een samenraapsel van goede en minder goede muzikanten. Dat is zelfs nodig, want zonder goeie muzikanten zou je geen jazz kunnen spelen, en zonder slechte geen punk.". De meeste leden waren ook niet bereid om zich ten volle op de groep te gooien. Weer Rudy, weer in Humo, in januari '97 : "Dingen vervelen mij nogal snel. Ik hou ervan dat het fris en spontaan blijft. Een groep die perfect op elkaar ingespeeld is kan heel straf klinken, maar naïviteit, onbevangenheid en frisheid zijn ook belangrijk. De anderen hebben ook hun eigen bezigheden. Zelfs al zouden we dat willen, we kunnen onmogelijk full time met KMJ bezig zijn."

Op "In the Lost Souls Convention" kwamen onder andere Simon & Buni Lenski van DAAU meespelen en door de andere Schot "Viking" Dave Robertson voor het eerst op. In de hoesnota's voorzag de groep de songs van commentaar als "Sounds like a late 50's French film noir soundtrack", "Basic chords and lyrics by Rudy and Stef in a Dutch hotel room during a tour depression", "Sort of a blues thing, but only half of the band likes blues, some hate it", "Most people will hate this one", "Started with a sax riff from Dirk and sort of turned into a cheap soundtrack from God knows what", "Their adoration of "The popgroup" & "The gang of four" brought them this song", "James White-esque, written during recording", "Used to be an instrumental but they alwas wanted to make sort of a bad standup comedy soundtrack out of it"

De derde langspeler "In A Service Station" (met daarbij ook de verborgen tracks "In a Ghosttruck") werd in 1999 gelanceerd als "A collection of truckdriving songs" gebaseerd op de sfeer in wegrestaurants op weg naar of van optredens. Op deze cd werd duidelijk dat de de groep van jazz eerder richting country of lome bossanova was geëvolueerd.

In 1999 volgde bij de aankondiging van de tour ook de mededeling dat het de laatste zou zijn. "We hebben alle stijlen verkend die we wilden verkennen. Een vierde cd zou betekenen in herhaling te vallen. Meer van hetzelfde, maar dan minder goed. Dat ergert mij bij andere groepen, dus wil ik me er zeker niet zelf aan bezondigen. Liever iets missen dan ermee opgezadeld te zitten ..." was de verklaring die Rudy Trouvé voor het opdoeken van Kiss My Jazz gaf. Wel gaf hij aan "helemaal niet uit te sluiten met een of meer van deze muzikanten een improvisatiegezelschap op te zetten. Ik ben er zeker van dat KMJ overgaat in verschillende groepen. Onze muziek verspreid zich immers als een ziekte".

In maart 2000 leverde Kiss My Jazz een laatste teken van leven met een bijdrage aan het "Glittering 2000"-project - Belgische groepen coveren songs uit het tijdperk van de glamrock - door een versie te maken van Slade's "Cum on Feel the Noize".

Leden :
- Rudy Trouvé (vocal, guitar)
- Marc Meyers (vocal, organ)
- Elko Blijweert (guitar)
- Jacki Billet (bass)
- Heyme Langbroek (trumpet, sax)
- Aarich Jespers (drums)
- Dirk de Hooghe (percussion)
meest daarbij onder meer :
- Stef Kamil Carlens (vocal, keyboards, percussion)
- Mauro Pawlowski (voacl, guitar)
- Craig Ward (guitar)
- Piet Jorens (percussion)
- Buni & Simon Lenski (strings)
- "Viking" Dave Robertson (vocals, ac. guitar)
- Mathias Broekaert (sax, melodica)

(Auteur: Dirk Houbrechts)




Kunstenpunt

Steunpunt voor beeldende kunsten, podiumkunsten en klassieke muziek.