Skip to main content

Nat Gras


Choreografe Goele Van Dijck studeerde eerst voor kleuterlerares, alvorens ze een opleiding tot dansdocent volgde aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. Begin jaren 2000 waren er al heel wat voorstellingen voor kleuters en lagereschoolkinderen, maar voor peuters was er geen aanbod binnen de podiumkunsten. Goele Van Dijck besloot in dat gat te duiken en richtte in 2002 haar organisatie Nat Gras op, met als doel artistiek hoogstaande en tegelijk laagdrempelige dansproducties te creëren voor een publiek van twee jaar en ouder. Ondertussen is Nat Gras samen met kabinet k uitgegroeid tot een van de voorlopers in Vlaanderen op het gebied van dans voor kinderen.

Zintuiglijkheid en interactie zijn erg belangrijk voor Goele Van Dijck. Wanneer de kinderen aankomen in de theaterzaal, kunnen ze soms al eens door het decor. Peuters in fluwelen klapstoelen ver weg van het podium zijn geen optie voor Van Dijck: de kinderen en hun ouders zitten telkens dicht bij de dansers en meestal ook aan weerszijden van het speelvlak. Nabijheid is, zeker voor een klein kind, erg belangrijk om betrokken te raken bij een stuk en om de aandacht langer te kunnen vasthouden. Bij Muurtje Muurtje werden de kinderen ook ingeschakeld om de scenografie van hekken en plankjes mee te helpen ontvouwen en mochten ze na afloop spelen in het decor. In Pommeliere kregen de ouders achteraf zelfs heerlijk geurende appels om te schillen en uit te delen aan hun kroost.

Zoals in beide filmpjes te zien is, zijn verwondering en fantasie erg belangrijk in dans voor kleine kinderen. Samen met de dansers ontdekken zij de onverwachte vormen die muurtjes kunnen aannemen of welke spelletjes er allemaal met appels kunnen worden gespeeld. Ook herkenbaarheid is van belang. De choreografie in Pommeliere is gebaseerd op alledaagse bewegingen zoals lopen en werpen, terwijl in Muurtje Muurtje vooral zich verstoppen en weer tevoorschijn komen vaak terugkeren. Twee van de eerste voorstellingen die Goele Van Dijck maakte, Koeiemorgen en Schaapwel, gingen respectievelijk over opstaanrituelen en het moment van bedtijd, twee zaken die niet onbekend zijn voor kinderen (en zeker ook niet voor hun ouders).

Nabijheid is, zeker voor een klein kind, erg belangrijk om betrokken te raken bij een stuk en om de aandacht langer te kunnen vasthouden.

Vanuit haar jarenlange ervaring als docent en haar studie als kleuterleidster, weet Goele Van Dijck erg goed hoe ze kleine kinderen kan prikkelen en aanzetten tot spel. Bij sommige producties werd er na afloop zelfs een sensoriële speelplaats opgezet waarbij kinderen en hun begeleiders zich konden uitleven in installaties en opdrachten gerelateerd aan de inhoud van het stuk. In dit filmpje over Schaapwel zie je hoe de jonge toeschouwers ook zelf participanten worden en spelen met zeep, spiegels en nachtlampjes, om uiteindelijk zelf ook onder de wol te kruipen.

Goele Van Dijck is ook een van de pioniers in ons land op het gebied van inclusiedans. Dit is een dansvorm waarbij dansers met en zonder beperking samen dansen volgens hun eigen mogelijkheden. In 2004 maakte ze samen met Iris Bouche de veelgeprezen voorstelling Lilium bij fABULEUS en in 2010 creëerde ze samen met Frauke Mariën Kleefkruid, telkens met een groep jongeren. In het voorbije najaar maakte ze samen met Jasper Dzuki Jelen en Mojra Vogelnik Skerlj de voorstelling Pitstop voor Holland Dance. In al deze producties speelden dansers met een motorische beperking gewoon naast dansers zonder handicap. Goele Van Dijck: “Inclusiedans zette mijn hele beeld van dans en hoe ik met dans omging op zijn kop. Het gaat eigenlijk gewoon om mensen. En elke voorstelling die gaat over mensen is interessant. Of dat nu superbeweeglijke dansers zijn of heel immobiele, dat maakt mij niet uit, als ze maar iets te vertellen hebben.” (geciteerd uit een publicatie van Danspunt over inclusiedans).

In al haar voorstellingen blijft Goele Van Dijck de mogelijkheden aftasten van dans voor peuters en kleuters. Zo werkte ze de afgelopen jaren samen met andere organisaties die creëren voor dit doelpubliek, zoals met muziektheatergezelschap Pantalone voor Pommeliere en met figurentheater De Maan voor de bijzonder fantasierijke voorstelling De Steltenloper, naar het gelijknamige boek van Mattias De Leeuw. Goele Van Dijck maakt ook geregeld tijd vrij voor uitgebreid onderzoek, zoals laatst rond de vraag hoe stoer en stevig podiumdans kan zijn voor peuters. Hieruit vloeide de voorstelling Wegversperring voort, waarin twee dansers een gevaarlijk spel speelden met betonnen blokken, afspanlinten en andere hindernissen – die de peuters achteraf uiteraard ook zelf mochten uitproberen.

AUTEUR:

FILIP TIELENS

Filip Tielens werkt als artistiek medewerker in Destelheide en als theaterjournalist voor verschillende media zoals Klara, Theaterkrant en Cutting Edge. Met zijn kunstkritiekcollectief De Zendelingen ontwikkelde hij verschillende projecten waarbij meerstemmige meningen op een multimediale manier worden ontsloten.



Kunstenpunt

Steunpunt voor beeldende kunsten, podiumkunsten en klassieke muziek.